uranus
Uranus (planeet)
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
![]() ![]() |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
![]() ![]() |
Uranus is de op twee na grootste en vanaf de Zon gezien de zevende planeet van ons zonnestelsel. Deze ijsreus is vernoemd naar de god Uranus, ook wel Ouranous, de personificatie van de hemel, uit de Griekse mythologie.
|
[bewerken] Waarneming
Met het blote oog is Uranus net niet te zien, alleen als hij in oppositie staat, onder zeer gunstige omstandigheden en als bekend is waar gezocht moet worden komt de helderheid in de buurt van de grens van wat nog met het blote oog gezien kan worden. Met een gewone verrekijker is Uranus wel te zien als een zwak "sterretje", maar zelfs met een grote telescoop blijft Uranus niet meer dan een groenachtig schijfje. Uranus was in de oudheid dan ook niet bekend. Het is de eerste planeet die sedert de uitvinding in de 16e eeuw van de telescoop is ontdekt.
[bewerken] Ontdekking van Uranus
In 1690 is deze planeet voor het eerst waargenomen door John Flamsteed. Deze Engelse astronoom veronderstelde dat het om een ster in het sterrenbeeld Stier (Taurus) ging en noemde zijn ontdekking "34 Tauri". Rond 1769 werd Uranus in totaal 12 keer waargenomen door Pierre Lemonnier, maar ook deze astronoom meende een ster te zien. De officiële ontdekking staat op naam van William Herschel die op 13 maart 1781 het object als planeet kwalificeerde. Hij gaf de planeet de naam "Georgium Sidus", naar de Engelse koning George III. Een andere naam die in die tijd gehanteerd werd was "Herschel". Pas in 1850 werd de eerder al door Johann Bode voorgestelde naam Uranus officieel in gebruik genomen.
[bewerken] Baan en rotatie
Uranus bevindt zich op een afstand van ruwweg 20 AE van de Zon, in een baan die wordt doorlopen in een periode van ongeveer 84 jaar. Pierre-Simon Laplace berekende als eerste de baanelementen van Uranus, en presenteerde de resultaten in 1783.[1] Latere afwijkingen van deze voorspellingen werden geïnterpreteerd als een aanwijzing dat er mogelijk nog een onontdekte planeet was, waarvan de zwaartekracht deze afwijkingen dan zou veroorzaken. Inderdaad werd in 1846 een achtste planeet, Neptunus, ontdekt, nabij de plaats die was berekend aan de hand van de baanafwijkingen van Uranus.
Uranus draait in 17 uur en 14 minuten om zijn as. Echter, vanwege de zeer krachtige winden in de bovenste lagen van de atmosfeer van Uranus, kan dat deel van de atmosfeer een rotatie voltooien in ongeveer 14 uur.
[bewerken] Gekantelde as
Een van de opvallendste eigenschappen van Uranus is de equator, die een hoek van 98° heeft met het vlak van de ecliptica waarin de planeet rond de Zon draait. Dit wordt de obliquiteit van de planeet genoemd. (De Aarde heeft een obliquiteit van slechts 23,45°.) Een mogelijke verklaring daarvoor is dat ooit een enorme botsing met een ander groot hemellichaam is voorgekomen. Dat zou tevens een verklaring kunnen zijn voor het grote aantal manen rond deze planeet. Dit heeft grote invloed op de seizoenen: op alle breedtegraden is er een zeer groot verschil tussen winter- en zomerdaglengten. Een andere verklaring voor de afwijkende obliquiteit van de planeet Uranus is dat deze het gevolg is van de gravitale krachten die zijn gigantische buren (Jupiter, Saturnus en Neptunus) en Uranus zelf op elkaar uitoefenen.
[bewerken] Samenstelling
Samen met Neptunus vertoont Uranus grote overeenkomsten met de kern van de gasreuzen Jupiter en Saturnus. Het grote verschil met deze planeten is de afwezigheid van een omringende mantel van metallisch waterstof. De kern bestaat vermoedelijk uit nikkelijzer en silicaten met daaromheen een mantel van water, methaan, ammoniak en waarschijnlijk nog enkele losse elementen. Aan de buitenkant bevindt zich een laag van vloeibaar waterstof, helium en methaan, welke stoffen naar het oppervlak toe steeds meer gasvormig worden. Ondanks de afwezigheid van metalisch waterstof rondom de kern, heeft Uranus wel een magnetisch veld. Het magnetisch veld van Uranus wordt gevormd door de aanwezigheid van hoog geleidende deeltjes diep in de vloeibare mantel van de planeet.
[bewerken] Atmosfeer
Samenstelling atmosfeer | |
---|---|
Waterstof (H2) | 82,5% |
Helium (He) | 15,2% |
Methaan (CH4) | 2,3% |
Waterstofdeuteride (HD) | 148 ppm |
Ammoniak (NH3) | sporen |
water (H2O) | sporen |
De voor Uranus karakteristieke cyaan tot blauwe kleur wordt veroorzaakt door de atmosfeer die relatief veel methaan (2,3%) bevat. Dat absorbeert rode en oranje golflengtes uit het zonlicht maar het weerkaatst blauw en groen. Wolken worden vrijwel niet in de atmosfeer waargenomen. Alleen op in de zon gelegen delen rondom de evenaar komen wolkenformaties wel eens voor. In de hogere lagen van de atmosfeer komen stormen voor waarbij de windsnelheid op kan lopen tot 720 km/u. De atmosfeer van Uranus lijkt veel op die van de andere gasreuzen, vooral die van Neptunus.
[bewerken] Klimaat
Het klimaat van Uranus wordt sterk beïnvloed door zijn gebrek aan warmte en door zijn gekantelde as, waardoor de seizoenen veel sterker variëren dan bijvoorbeeld op de Aarde.
[bewerken] Magnetisch veld
Ten opzicht van de rotatieas vertoont het magnetisch veld een hoek van ongeveer 60°. Dit magnetisch veld wordt vermoedelijk veroorzaakt door bewegende waterijsmassa's diep onder het oppervlak. Het magnetisch veld van Uranus is ernstig verstoord doordat het ijs warmtestraling doorlaat waardoor verschillende magneetvelden opgewekt worden.[2]
[bewerken] Manen rondom Uranus
Uranus heeft 27 natuurlijke satellieten.
De vijf belangrijkste manen zijn:
- Oberon, ontdekt in 1787 door William Herschel
- Titania, ontdekt in 1787 door William Herschel
- Ariel, ontdekt in 1851 door William Lassell
- Umbriel, ontdekt in 1851 door William Lassell
- Miranda, ontdekt in 1948 door Gerard Kuiper